Leren zwaardschede

In de Middeleeuwen was het heel normaal om een mes bij je te hebben, je at er namelijk mee. Voor een zwaard gold dat natuurlijk niet, dat was een wapen en een machtssymbool. Ridders en soldaten, maar ook graven en heren droegen er één. Om de kling van het zwaard zat een schede. Zo’n schede bestond uit twee houten latjes, die met leer overtrokken waren. Scheurde het leer, dan gooide de schedemaker de oude buitenkant weg en zorgde voor een nieuwe. Ook deze zwaardschede is gescheurd. De schede stamt uit de 14de eeuw.
De Hof, 1991.