
Tijdens de opgraving in 1978 op het terrein van het voormalige Observantenklooster zijn uit een 17de-eeuwse beerput onder andere een aantal Delftsblauwe wandtegeltjes met afbeeldingen van kinderspelen gevonden. Gelet op de hoekmotieven van onze tegels, de zogenaamde ‘ossenkoppen’, moeten ze vervaardigd zijn tussen 1625 en 1680. De tegels meten 12,2 bij 12,2 cm.
Afbeeldingen van kinderspelen werden rond 1630 populair, samen met Bijbelse en landschapsafbeeldingen. Omdat dit soort tegeltjes vaak dezelfde afbeeldingen vertoont, neemt men aan dat er in de 17de eeuw een voorbeeldprent bestaan moet hebben. De afbeeldingen op onze tegels zijn terug te vinden op een prent, gemaakt van 48 houtsneden uit circa 1740, uit de collectie van het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap in Amsterdam. Deze prent moet een opvolger zijn van een 17de-eeuwse voorganger. De persoon die onze tegels heeft geschilderd is daarbij soms wel heel gemakkelijk te werk gegaan.

Klootschieten
Bij het klootschieten was het de bedoeling om een met lood verzwaarde houten bal (de kloot) in een vooraf bepaald aantal worpen over een zo groot mogelijke afstand te gooien. De schilder heeft het voorbeeld aardig goed overgenomen.

Muziek maken
Het voorbeeld toont een violist en een vrouw met een boek, waaruit ze blijkbaar een lied zingt. Hier heeft de schilder het zich makkelijk gemaakt en de viool helemaal weg gelaten.
Verder lezen? Download het artikel van Wilma van den Heuvel in het boek ‘Een maand op zicht’.