
Soms heb je een vondst die je voor altijd bijstaat. In mijn geval is het geen grote schat, of kostbaar bijzonder iets. Het is namelijk een kleine dobbelsteen. Hij was ongeveer een halve cm groot en had exact dezelfde kleur als de grond waarin hij lag. Maar toch zag ik hem van een zo’n 5 meter afstand liggen, zomaar in een hoop zand dat even daarvoor uit een spoor was geschept.
Dat was tijdens mijn studietijd, aan het eind van de dag op een opgraving op de Vrijthof in Maastricht. Ruim 10 jaar later zag ik exact dezelfde dobbelsteentjes in de vitrine op mijn nieuwe werkplek: het Centrum voor Archeologie. En eigenlijk ben ik altijd als ik die dobbelsteentjes zie weer even terug als student in Maastricht.

Toch zijn het niet helemaal dezelfde soort dobbelstenen. De exemplaren uit Amersfoort hebben namelijk een heel leuk verhaal te vertellen. In tegenstelling tot die van Maastricht – een volstrekt normale middeleeuwse dobbelsteen – is een deel van die van Amersfoort namelijk vervalst.

Dobbelspelen waren in de Middeleeuwen mateloos populair. Zelfs ondanks dat in vele steden gokken verboden was. Dobbelstenen zijn daarom geen unieke vondst. Bij de opgravingen op De Hof zijn in een voormalige drenkkuil maar liefst 39 dobbelstenen gevonden. Ze dateren alle uit ongeveer 1375. Twee van deze dobbelstenen zijn zeker gebruikt om vals mee te spelen. De een had een dubbele 3, maar geen 4. De andere had een dubbele 4, maar geen 5. Beide vertonen ook geen sporen van slijtage. Een duidelijke aanwijzing dat deze valse dobbelstenen niet vaak werden gebruikt. Ze werden door de valsspeler in zijn handpalm verborgen om op het juiste moment te kunnen verwisselen met de echte. Hoeveel mensen zullen er in zijn gestonken?
Verder lezen? Download het artikel van Timo d’Holossy in het boek ‘Een maand op zicht’.